Emma de Pater is hoofd van het transplantatie laboratorium van de afdeling Hematologie en onderzoeksleider in het Erasmus MC. Samen met haar team leidt ze het onderzoek naar myeloïde leukemie. Met deze gift van een anonieme stichting, willen de onderzoekers begrijpen hoe leukemie ontstaat om vroegtijdig en effectiever te kunnen ingrijpen.
Waarom mutaties in GATA2 leiden tot leukemie
Iedereen heeft twee kopieën DNA (één van vader en één van moeder). Dit zorgt er doorgaans voor dat een DNA verandering niet hele grote gevolgen heeft omdat de andere DNA kopie de functie kan overnemen van de veranderde DNA kopie. Echter, aangeboren veranderingen in één kopie van GATA2 zijn de meest voorkomende DNA veranderingen bij kinderen met myeloïde leukemie. In Nederland zijn een handjevol patiënten bekend met een aangeboren verandering in GATA2, het behoort daarmee tot de zeldzame ziekten. De symptomen die horen bij deze DNA veranderingen lopen uiteen van vermindering van uitgerijpte afweercellen tot lymfoedeem. Hoewel sommige patiënten geen symptomen hebben, hebben alle dragers van GATA2 DNA veranderingen een verhoogde kans (80% bij de leeftijd van 40 jaar) op het ontstaan van myeloïde leukemie. Na het ontstaan van myeloïde leukemie is de overleving minder dan 50%. We willen graag begrijpen hoe de leukemie ontstaat om eventueel vroegtijdig te kunnen ingrijpen.
Het GATA2 eiwit is een DNA bindend eiwit dat zorgt voor de regulatie van andere eiwitten die noodzakelijk zijn voor de vorming en overleving van bloedstamcellen. We denken dat het veranderde GATA2 eiwit van functie veranderd is, zodanig dat er leukemie predispositie ontstaat. Omdat GATA2 DNA bindt en zo andere eiwitten reguleert, willen we de binding van het GATA2 eiwit aan DNA in kaart brengen van zowel het eiwit dat wordt afgeschreven van de normale GATA2 kopie als van de gemuteerde GATA2 kopie. Als we inderdaad vinden dat het veranderde GATA2 eiwit een veranderde functie heeft, is dit een uniek aangrijpingspunt voor eventuele therapieën omdat het uniek is voor de mutatie en het normale eiwit, met bijbehorende functie, intact laat. Dankzij deze gift wordt meer onderzoek mogelijk.